Mevrouw T. Biersteker-Giljou (ChristenUnie)

De heer J. Boskeljon  (PvdA)

De heer J.C. van Dongen (Stadspartij Den Helder)

De heer D. Gorter (Leefbaar Den Helder)

De heer G. Hoekmeijer (GroenLinks)

De heer J.H.W. Mulder (CDA)

De heer W.F.H. van der Paard, griffier

 

Afwezig met kennisgeving: W.F. Bellinga (VVD)

 

1.       Opening en vaststelling agenda

Mevrouw Biersteker ziet graag de punten facilitering en werkwijze van de commissie aan de agenda toegevoegd.  Medegedeeld is dat de heer Bellinga in verband met vakantie afwezig is.

 

2.       Het kiezen van de voorzitter en de plv. voorzitter

Voordat tot verkiezing wordt overgegaan, is stilgestaan bij de invulling van de rol van de voorzitter.

In tegenstelling tot de raadscommissies is de voorzittersrol niet beperkt tot het technisch leiden van de vergaderingen. Voorwaarde is een objectieve invulling. Hoewel de commissie de grootst mogelijke openheid wil betrachten, is hij het enige lid van de commissie, dat naar buiten kan treden. Hij is het aanspreekpunt.

In dit verband is gewezen op het openbaar zijn van de verslagen. Dit gebeurt uiteraard nadat de gesprekspartners hebben ingestemd met de conceptnotulen.

De onderzoekscommissie benoemt uit haar midden de heer Mulder als voorzitter en de heer Boskeljon als plaatsvervangend voorzitter.

 

3.       Bepalen al of niet inschakelen van een extern bureau, en eventuele selectieprocedure

Bij de beantwoording van deze vraag heeft de commissie zich laten leiden door haar opdracht, zoals vastgelegd in de geamendeerde verordening. Haar opdracht is tweeledig: onderzoek naar de rol van het college van B&W, en zijn afzonderlijke leden, bij het bestuurlijk handelen aangaande de Oude Rijkswerf Willemsoord (ORW), én advisering van de gemeenteraad over de verdere ontwikkeling van de ORW, waaronder de samenwerking daarbij met de private partner. De laatste deelopdracht is te splitsen in een advies voor de korte c.q. middellange termijn en één voor de lange termijn.

Hiermee heeft het onderzoek een bestuurlijk (juridisch) deel, en een bedrijfseconomisch deel op het snijvlak van publieke en private samenwerking. Gewezen is op de door bureau Berenschot uitgevoerde second opinion naar de ontwikkelingsmogelijkheden van de ORW in september 2003. Gebruikmaking van deze expertise in de vorm van een vervolgopdracht heeft de voorkeur van de commissie. Voor het eerste deel zou een vorm van begeleiding en ondersteuning wenselijk zijn, voor het tweede deel is advisering op grond van een verdiepingsonderzoek, uitgevoerd door het bureau, nodig. Op basis hiervan zal de commissie AT Osborne (Berenschot Osborne is gesplitst in AT Osborne en Berenschot) vragen op korte termijn offerte uit te brengen. Na eventuele acceptatie zal de commissie met het bureau de opdracht nader invullen binnen de periode die de commissie voor ogen staat: zo mogelijk begin september 2005 moet het onderzoek zijn afgerond.   

 

4.       Verzoek ambtelijke ondersteuning

De commissie neemt kennis van het verzoek van de griffier aan de gemeentesecretaris om te voorzien in ambtelijke ondersteuning. Afgezien wordt van interne ambtelijke ondersteuning voor zover het de inhoudelijke aspecten betreft. De commissie wil ambtenaren als adviseurs van B&W niet in een moeilijke positie brengen. Inhoudelijke ondersteuning zal worden gevraagd van het externe bureau.

Wel vraagt de commissie zo snel mogelijk in secretariële ondersteuning te voorzien: agendabeheer, facilitering, notulering, verzamelen en kopiëren stukken, etc.   

 

5.       Bepaling onderzoeksopzet en tijdpad, incl. vastlegging (vergader)data

De commissie onderkent de overlapping voor wat betreft het justitiële aspect, het politiek-bestuurlijke aspect en het rechtspositionele aspect. Het is moeilijk om op voorhand te komen tot een afgrenzing van het onderzoek. De verordening geeft die ruimte ook. Lopende het onderzoek zal blijken hoe relevant justitiële informatie is en of daarover überhaupt kan worden beschikt. Dit geldt evenzeer voor de zakelijke overeenkomsten tussen ondernemers. Daarbij komt dat derden worden uitgenodigd voor een gesprek; om hen moverende redenen zouden zij daarvan kunnen afzien.

De commissie heeft inmiddels vragen ontvangen van de fracties van het CDA, Lijst Prins en D66. Zij beschouwt die vragen als input voor haar werkzaamheden, en niet limitatief. De beantwoording van de afzonderlijke vragen is niet haar opdracht; de vragen kunnen mede richtinggevend zijn. Voor zover relevant kunnen de stellers de antwoorden op hun vragen verwerkt zien in het onderzoeksrapport.

 

De korte notitie Voorzet Onderzoeksopzet Oude Rijkswerf Willemsoord is doorgelopen. Alvorens met de reconstructie van de (formele) gebeurtenissen wordt begonnen, wil de commissie kennis nemen van het complete dossier ORW, inclusief de sideletter, de vertrouwelijke stukken, de desbetreffende B&W-notulen (ook de vertrouwelijke), de relevante stukken van de ORW, waaronder de notulen van BOR en BV Willemsoord, alle bestuurlijke besluiten (ook die aangaande het basketbal), de financiële stukken, waaronder die van de externe accountant. Ook het aan de raadsleden beschikbaar gestelde dossier (eind mei) zal aangevuld moeten worden. In dit verband is de terminologie van de heer Lips genoemd: hij spreekt van “koepelovereenkomst”. Daarmee wordt meer gesuggereerd dan de sideletter. Het college van B&W wordt gevraagd deze stukken per omgaande beschikbaar te stellen.    

 

6.       Wat verder ter tafel komt

De onderzoekscommissie wenst een vaste vergaderkamer: kamer 0.02. Zij vergadert op de maandag en/of donderdag, aanvang 16.00 uur. Verder wil de commissie een afsluitbare kamer waar de dossiers aanwezig zijn, en kunnen worden gelezen, incl. de vertrouwelijke stukken (sleutel bij de griffier).

 

7.       Sluiting

De voorzitter sluit de vergadering. De volgende vergadering zal zijn donderdag 21 juli 2005, aanvang 16.00 uur,

in vergaderkamer 0.02.