Zelden zo’n snelle raadsvergadering mee gemaakt als die van afgelopen maandag: om 20.45 waren we klaar. Voor ons heel plezierig, maar voor de “gasten van de raad” toch wat mager. Er waren alleen een hele serie hamerpunten. Het enige bespreekpunt dat was voorzien, sneuvelde al in de commissievergadering, nl. het bestemmingsplan Stadshart.

Woensdag was de eerste behandeling van de kadernota. Traditioneel is dat ook het moment waarop politieke partijen hun “algemene beschouwingen” houden. Hierin maken ze nogmaals aan de kiezers duidelijk waar ze voor staan en wat hun visie is op de voorgestelde invulling van het toekomstige beleid. Wellicht komt dit over als een praatje voor de bühne, maar het biedt ook de mogelijkheid om elkaar aan te spreken op visie en beleid.

Er tekent zich een duidelijke tweedeling af tussen coalitie en oppositie en dat bleek dan ook weer woensdagavond. Al werd hier en daar ook wel een concessie gedaan of wat ruimte geboden voor nadere afwegingen. De enige partij die je die avond bijna niet serieus kon nemen was de partij die een vurig pleidooi hield voor het opnieuw invoeren van de hondenpenning en de zorg voor de hondepoepoverlast. Natuurlijk een ergernis, maar of het in deze tijd nu daarover moet gaan in je algemene beschouwingen, vraag ik me af. Het is ook geen nieuw beleid want voorheen was dit het D66-item.

Na onze beschouwingen (die u kunt nalezen op de site) hebben we 2 amendementen ingediend die aangaven dat we een totaal visie hebben op de kadernota en een andere zoekrichting aangeven. Het raadsbesluit zit dermate complex in elkaar dat we over onze amendementen als totaal waarschijnlijk niet komen te stemmen. Dat dwingt ons om een hele lading deelamendementen in te dienen, terwijl ik liever zou kijken naar het grotere geheel. De volgende vergadering is gepland op maandag van 15.00 tot 20.00 uur, een marathon zitting dus waar ik wel tegen op kan zien.

Vervolgens, heel opmerkelijk, hielden collegeleden ook een algemene beschouwing. Hiermee stellen zij zich op als een elfde politieke partij, terwijl hun taak is om te reageren op voorgestelde beleidswijzigingen van de verschillende politieke partijen. Alle 4 vertonen ze tamelijk  “hakken in het zand”-gedrag. Er zit nog geen duimbreed ruimte richting de politieke partijen.

De teneur van onze amendementen is: overlap binnen organisaties voorkomen door efficiency, een aantal bezuinigingen binnen de cultuur- en welzijnsprogramma’s zijn te overwegen en daarnaast kan er financiële ruimte gevonden worden door uitstel van de eventuele bouw van een nieuw stadhuis, de reserves hiervoor opheffen en in de algemene reserve stoppen, geen structurele bijdrage aan Willemsoord en niet de schouwburg aankopen.

Het college wil voor Willemsoord bijdrage van €550.000 en deze omslaan op programma’s waaraan maatschappelijk vastgoed is gerelateerd. Op onze vraag wat dit betekent en voor wie dit geldt, bleek dat hier een aantal waardevolle projecten hiermee gedoemd zijn te stoppen, want hoe wil je nu zo’n bedrag halen bij projecten als de Bonaire en de museumhaven. Hiermee komen veel nautische activiteiten sterk onder druk te staan, terwijl dat de kracht van de Werf moest worden. Verder worden nog genoemd beurzen en evenementen. Als ook hiervoor een aanmerkelijke lastenverzwaring wordt gedacht, komen die beurzen en evenementen er natuurlijk niet. Volgens mij moet het gezocht worden in het beter exploiteren van de passantenhaven, de huren aan bedrijven en beleidswijzigingen.

Het zou   mij ontzettend spijten als die zaken waar Den Helder sterk in is, namelijk het verenigingsleven en de hang aan het maritieme gebeuren verloren zou gaan als gevolg van allerlei ambitieuze plannen.

Het lijkt er op dat we een wat rustig weekend zullen hebben en dat is wel heel plezierig. Dan kan ik uitgerust beginnen aan de maandag. Ik kijk wel uit naar een periode waarin de politiek even op een laag pitje staat. Die tijd gebruik ik meestal om eens flink opruiming te  houden in de papierbende die ik verzameld heb.

Tjitske Biersteker