Verslag tot 7 februari 2007
Maandagmorgen vroeg werd de vml. Onderzoekscommissie van de Oude Rijkswerf verwacht bij de rechtbank in Alkmaar vanwege de aanklachten van de vml. Burgemeester van Den Helder. In deze zitting probeert de rechter uit te zoeken of er sprake kan zijn van rechtsvervolging. Van de vml commissie was alleen de voorzitter en ikzelf aanwezig.
Na de nodige argumentatie wederzijds begon de rechter zijn betoog met: in de rechtsspraak begint het met gezond verstand en daar eindigt het ook mee. Daar tussendoor lezen we een paar boeken. Vervolgens meent hij dat de burgemeester weinig kans maakt op een schadevergoedingszaak omdat moeilijk te bewijzen is of er schade is geleden alleen door de uitkomst van dit rapport.
Vervolgens meent hij dat als het rapport “geïsoleerd” wordt gelezen er wel een paar harde noten in staan richting de burgemeester. Als men van plan is om hoe dan ook een rechtszaak aan te spannen moet er wel rekening mee gehouden worden dat een dergelijk rapport niet geïsoleerd gelezen zal of kan worden en dan……? Hij liet het in het midden maar raadde de beide partijen aan om nog eens een goed overleg te hebben om zo de zaak uit de wereld te helpen. Vanzelfsprekend kan het nooit kwaad om nog eens in gesprek te gaan met elkaar. We wachten het verder af.
Gemeenteraadsvergadering
Er was sprake van een overvolle agenda met een aantal belangrijke bespreekpunten. Dat riep bij ons de vraag op of de agenda niet beter over 2 avonden verdeeld kon worden. Dan kon ik daar met de spreektijd rekening mee houden. Als alles in 1 avond geperst moet worden, is er maar 12 minuten spreektijd voor alle bespreekpunten. Ik wist op voorhand al dat ik dit niet zou gaan redden. De rest van de raad wilde zich niet vastleggen op de 2e avond. “Gelukkig” wordt er altijd nogal wat tijd gespendeerd aan minder belangrijke zaken en de wethouders zijn ook niet al te kort van stof dus uiteindelijk bleef één van de belangrijkste bespreekpunten over voor de 2e avond.
Asielzoekersbeleid
Al in juni 2006 werd aangekondigd dat er nieuwe beleidskaders zouden worden opgesteld voor de huisvesting van uitgeprocedeerde asielzoekers die vanwege andere procedures wel legaal in Nederland mogen verblijven, maar niet meer door het rijk worden opgevangen. De gemeente Den Helder kent sinds 2002 hiervoor een regeling waarbij huisvesting in motel Wienerhof wordt geboden. Gebleken is dat dit de gemeente meer geld kost dan was voorzien. Om dit in te kaderen is dus deze notitie opgesteld. Nu zijn we als ChristenUnie van mening dat je natuurlijk regels moet hebben. Ze moeten zo objectief mogelijk tot stand komen en dat vonden we hieraan ontbreken. Als argument voor de kostenoverschrijding werd genoemd dat dit kwam omdat er geen limiet aan de opvang was gesteld. Een juist argument zou zijn geweest: er is onvoldoende bewaakt dat mensen verder geholpen worden in de procedures, dan wel in het vertrekken. De enige die dit kan bewaken is de gemeente. Zij kan ook op basis van autoriteit met andere instellingen spreken zoals COA en IND.
De gemeente wil de duur van de opvang beperken tot een ½ jaar maximaal. Hieruit blijkt ook al dat men niet serieus de processen gevolgd heeft. De meeste procedures duren ongeveer een jaar en er kan om allerlei redenen vreselijk veel uitstel zijn. Dit ligt lang niet altijd aan de houding van de asielzoekers. Een IND presteert het ook regelmatig om als een zaak bijna voor de rechter komt om maandenlang om uitstel te vragen omdat ze de stukken niet voor elkaar hebben. De fractie van de ChristenUnie vindt het dan ook reëler om opvang voor een jaar te bieden en goed te volgen of het de schuld van de asielzoeker is dat hij niet sneller kan procederen, dan wel dat instanties hieraan schuldig zijn.
Wat de effecten van het optreden van dergelijke instanties kunnen zijn, werd vrijdag droevig duidelijk gemaakt in de overlijdensadvertentie van de “pleegdochter” van een CDA-raadslid. Uit wanhoop kon ze niet verder leven. Gruwelijk.
Vervolgens wil men het werk van vrijwilligers beperken en hen dwingen om aan de gemeente te rapporteren. Met deze vrijwilligers worden vooral kerken bedoeld. Ook hieruit blijkt dat deze notitie tot stand is gekomen zonder enig overleg met betrokkenen. Er bestaat allang al een interkerkelijk platform voor hulp aan asielzoekers. Daarnaast is het zo dat vrijwilligers niet gedwongen mogen worden om in een soort spagaat terecht te komen. Dit zou snel kunnen gebeuren als men vrijwilligers wil dwingen om aan de gemeente te rapporteren. Dit staat ook haaks op de democratische beginselen waarbij kerk en staat gescheiden verantwoordelijkheden hebben. De burgerlijke overheid moet kerken geen ongrondwettelijke verplichtingen op willen leggen. Voor de ChristenUnie was dit een principiële zaak. Daarnaast vonden we de argumenten en afwegingen van de notitie tamelijk subjectief.
We hebben verschillende amendementen ingediend die het, op een minder belangrijke, geen van allen gehaald hebben. Voor wat betreft het amendement over de vrijwilligers verbaasde het ons hogelijk dat noch de VVD noch het CDA dit wilden ondersteunen. De VVD had de scheiding van kerk en staat aan moeten spreken en het CDA had gevoelig moeten zijn voor de argumenten dat kerken hun eigen verantwoordelijkheden moeten hebben en houden.
De VVD wilde de verantwoordelijkheid voor de uitgeprocedeerde asielzoekers bij het rijk neerleggen (daar hoort die ook) middels een bus met asielzoekers op het Binnenhof. Ik vond dat tamelijk respectloos. De PvdA meende dat maatschappelijke instanties hun verantwoordelijkheid moesten nemen, want de gemeente kon het niet meer betalen. Ook dit is een rechtstreekse verwijzing naar kerken. Immers andere maatschappelijke instanties hebben vaak een subsidierelatie met de gemeente. Een dergelijke verantwoordelijkheid wordt ogenblikkelijk vertaald in een aanvraag voor meer subsidie, dus hoe bezuinig je daar dan op? Alleen kerken blijven dan over, want die worden niet gesubsidieerd, ook niet als ze maatschappelijke verantwoordelijkheden op zich nemen. Volgens mij past een dergelijke denkwijze niet in de visie van de PvdA.
Kortom als fractie zijn we teleurgesteld over de houding van de coalitiepartijen en maken we ons zorgen over de uitvoering van het nieuwe beleid.
Nieuw vergadersysteem
Dit systeem betreft de nieuwe werkwijze van de raad. Het is dus eigenlijk geen politiek item. Je moet het er met elkaar over eens worden of je iets dergelijks wilt. Het wordt pas een politiek item als je het wilt gebruiken om mensen de mond te snoeren. Dat is eigenlijk wat de PvdA met dit systeem beoogd. Toch zijn de meeste heikele punten er van tevoren al uit gehaald. We beginnen in elk geval met gelijke spreektijden voor alle partijen. Als fractie van de ChristenUnie hadden we niet zo’n behoefte aan een evaluatie na een ½ jaar. We zien meer in regelmatig overleg om bij te sturen. Wel hebben we een amendement ingediend om interrupties (in 2e instantie) en het voorlezen van moties en amendementen niet van de spreektijd af te trekken. Behalve de PvdA waren alle andere partijen voor dit amendement. Dan is dat maar zeker gesteld. Verschillende partijen dachten dat deze handelswijze vanzelfsprekend was, maar daar kun je niet van uitgaan. We hebben immers ook al een aantal keren afgesproken dat als een partij een hamerstuk op de agenda wil bespreken dat dit mogelijk is zonder daarover te stemmen. Toch brengt de burgemeester dit telkens in stemming. Dus ik hou wel van duidelijke afspraken.
Bestemmingsplan
Eigenlijk zou het vaststellen van het bestemmingsplan Julianadorp midden een hamerstuk moeten zijn. Echter een aantal bewoners wil graag bergingen aan de voorkant. Deze zijn geweigerd vanwege het gevaar van “hangjongeren”. Een argumentatie waar de raad zich niet erg in kon vinden. De raad was dan ook unaniem in har uitspraak dat het bestemmingsplan dusdanig gewijzigd moet worden dat hiervoor ruimte komt.
Samenwerkingsovereenkomst stuurgroep Stedelijke vernieuwing
Dit agendapunt is doorgeschoven naar de donderdag. Dat was maar goed ook want het vergt wel een gedegen bespreking. Als fractie van de ChristenUnie zijn we tegen deze organisatieopzet omdat iedere vorm van democratische controle ontbreekt. Dit betekent dat de raad op afstand komt te staan qua besluitvorming, maar wel verantwoordelijk blijft voor de financiële risico’s. Dat lijkt ons een ongewenste situatie. Hoewel bijv. het CDA erkende dat het bijzonder was dat we hierover moeten besluiten zonder enig inzicht in het financiële risico vond men de voortgang van het traject belangrijker. Volgens de PvdA is er nu sprake van “doen, doen, doen”. Als fractie van de ChristenUnie denken we dat er vooral sprake is van: “praten, praten, praten”. Dit blijkt ook wel uit het feit dat in het kader van de verstrekking van de provinciale subsidie al in 2007 daadwerkelijk met de uitvoering moet zijn begonnen. In de huidige planning wordt de “eerste schop” pas in 2008 in de grond gezet.
Het ontstaan van de stuurgroep is op zich al bijzonder. Er heeft in 2004 een interbestuurlijk overleg plaats gevonden. Op zichzelf prima, maar daar is de stuurgroep uit ontstaan en deze heeft zichzelf bestaansrecht gegeven door het opstellen van een “manifest Stedelijke vernieuwing”. Dit alles zonder dat hieraan een raadsbesluit ten grondslag ligt. Dit gaat voorbij aan de lokale autonomie. In dit manifest kun je ook lezen dat de stuurgroep “bindende afspraken” aangaat, notities vaststelt en een meerjarenontwikkelingsprogramma. Dit zijn zaken die bij de raad horen te liggen en nooit door de raad zijn gemandateerd.
Het is ook de stuurgroep geweest die opdracht heeft gegeven voor de haalbaarheidsstudie over het Stadshart nadat de stuurgroep had geconstateerd dat de plannen van de gemeente niet haalbaar waren. Bij deze opdracht is geen rekening gehouden met de besluiten van de raad inzake de reservelocatie op de ORW. Ook breidt de stuurgroep haar bemoeienis uit naar andere gebieden, o.a. de ORW.
Wat de fractie van de ChristenUnie vooral verbaasde is dat geen van de coalitiepartijen zich druk maakte om de financiële impact van het voorstel. De gemeente moet als cofinanciering €6,9 miljoen euro bijdragen, net als de provincie. In de meerjarenbegroting is hiermee vanaf 2008 rekening gehouden door structurele voorzieningen op tenemen. Het bedrag moet echter in 1x in een speciaal fonds gestort worden volgens de wens van de provincie. Achteloos werd in de samenwerkingsovereenkomst gemeld dat we hier separaat nog een voorstel over krijgen dat er op neer komt dat er een greep in de algemene reserve wordt gedaan ter hoogte van €5,3 miljoen. Die reserve is geen bedrag dat we beschikbaar hebben. We hebben onderpand tot het maximale bedrage en zullen dus moeten lenen om het beschikbaar te stellen. Wie en waarvan de rente betaald moet worden, wordt niet duidelijk in het stuk. Daar waar de VVD ongeveer op haar achterste benen staat als er €35.000 uit de reserves gehaald moeten worden voor een kinderboerderij, hoor je hierover niemand sputteren.
Het belangrijkste bezwaar van de ChristenUnie is echter de ondoorzichtigheid van de organisatie en de invloed die vooral de provincie wil uitoefenen binnen het lokale bestuur. Het college wil dit accepteren omdat we anders het geld niet zouden krijgen. Er zijn in het hele land heel veel Stedelijke vernieuwingsprojecten, waar nergens een dwingende eis van de provincie aan gekoppeld is tot bestuurlijke invloed. Het is redelijk simpel: als gemeente dien je goede plannen in en de provincie beoordeelt die op van tevoren vastgestelde criteria. Op grond van het hieraan voldoen krijg je als gemeente de gevraagde subsidie waarover je na afloop ook weer verantwoording af moet leggen. Dat is een zuivere verdeling van verantwoordelijkheden. Bovendien is voor de projectorganisatie gekozen voor een CV/BV constructie. Dit maakt het voor de raad bijna onmogelijk om deze organisatie ter verantwoording te roepen als het gaat om het gevoerde financiele beleid. Dit zou nog wel gekund hebben als in de algemene vergadering van aandeelhouders van de CV een wethouder zitting zou nemen. Het college wilde dit echter delegeren aan de gemeentesecretaris. Een amendement van het CDA hierover werd gelukkig vrijwel unaniem overgenomen. Degenen die tegen stemden deden dit vooral vanwege procedurele perikelen.
Het college heeft de samenwerkingsovereenkomst namelijk als haar bevoegdheid gezien en de raad mocht alleen wensen en bedenkingen inbrengen. Deze kun je eigenlijk niet amenderen. Je moet als raad in de gelegenheid worden gesteld bedenkingen te uiten die dan ook mee genomen worden in de uiteindelijke samenwerkingsovereenkomst. De formulering van het besluit was echter dusdanig cryptisch dat dit niet tot de reële mogelijkheden behoorde. Het CDA heeft uiteindelijk toch voor een amendement gekozen om een duidelijk signaal af te geven. Ook de fractie van de ChristenUnie heeft het besluit geamendeerd. We stelden voor om af te zien van de constructie van de stuurgroep en CV/BV, maar te komen tot een platte projectorganisatie die verantwoording schuldig is aan de gemeenteraad. Deze projectorganisatie kan zich laten helpen door adviesgroepen waarin bijv. ook andere overheden zitting hebben. Zoals te verwachten was haalde dit amendement het niet. De fractie van de ChristenUnie vond het amendement van het CDA in elk geval een goede 2e optie, maar kan geen materiele instemming verlenen aan de samenwerkingsovereenkomst.