Vandaag is bekend gemaakt dat het college de ondernemers van Kaap Helder niet als partner zal accepteren, want:

-het ministerie van EZ en de provincie zijn kritisch vanwege de financiën en bang voor gesubsidieerd ondernemerschap
-de rijksbouwmeester is kritisch vanwege de mogelijke invulling van de gebouwen en de wijze waarop historisch verantwoord met het complex wordt omgegaan.
-het college wil de ontwikkelrechten weer in handen krijgen en is bovendien van mening dat de ondernemers met hun plannen afwijken van wat de gemeente voor ogen heeft met het project.

Ook meent het college dat na de overname door de ondernemers van Kaap Helder, Libéma alsnog een grote vinger in de pap blijft houden omdat de ondernemers het anders financieel niet redden. Hierover is overigens geen rechtstreeks contact geweest met de ondernemers of Libéma. Ik weet dan ook niet waarop dit gebaseerd is.

De ChristenUnie vindt het inderdaad ook belangrijk dat de ontwikkelrechten weer toevallen aan de gemeente. Over het plan van de ondernemers waren we niet zonder meer enthousiast: het bevatte een hoog gehalte aan aannames en verzoeken om steun van de gemeente.

Toch vinden we de gang van zaken rondom het bekendmaken van de bezwaren ronduit onfatsoenlijk, want
-het was al tijden bekend dat de ondernemers in onderhandeling zijn met Libéma.
-er heeft in een eerder stadium overleg plaats gevonden met zowel het minister, de provincie als de rijksbouwmeester. De resultaten hiervan zijn niet pas gisteren bekend gemaakt.
-het college wist dat vandaag of morgen het contract getekend zou worden nadat al eerder een intentieovereenkomst was getekend.

Naar de mening van de ChristenUnie hadden de ondernemers in een vroeg stadium te horen moeten krijgen dat ze als partner niet acceptabel waren voor het college. Dit had veel tijd en geld gescheeld. Libéma is natuurlijk geen gemakkelijke zakenpartner en er is veel geld gestoken in noodzakelijke juridische haarkloverij.

Ik vind het beschamend dat er op deze wijze met de belangen van de ondernemers is omgegaan, vooral omdat zij hun nek uit hebben gestoken om in ieder geval te proberen wat van het project te maken. Het lijkt mij een enorme financiële strop waarvan nog maar de vraag is of de ondernemers dat kunnen trekken. Hier en daar hoorde ik roepen: “dat is ondernemersrisico”, maar je zult de ondernemer maar zijn.
-